Weerzin

Psalmen 119:158. Vanwaar die weerzin bij David?

158 ‭‭Ik zie de afvalligen en weerzin vervult mij, 
‭want zij houden zich niet aan uw woord.
‭‭ 
Mijn Jezus ik hou van U.


Ik geloof dat de weerzin die David hier uit tegen de afvalligen, de goddelozen, alles te maken heeft met wat hij in Psalm 116:1 zegt:

Psalmen 116:1
1 ‭‭De ‭HEER‭ ‭heb‭ ‭ik‭ ‭lief‭, hij hoort 
‭mijn stem, mijn smeken,
‭‭ 
Als dat de relatie is die je met de Heer hebt, dan kijk je niet onverschillig naar afvalligen die zich keren tegen het Woord, dus tegen de Heer die je liefhebt. Dat doet wat met je en dat doet dus ook wat met David. Het vervult hem met weerzin. In de grondtekst heeft het woord weerzin 3 betekenissen:

1) Walgen.
2) Verdriet hebben.
3) Afschuw voelen voor.

Merendeels heb ik vooral verdriet van mensen die niet de weg van de Heer volgen. Vooral waar het gaat om mensen die heel dicht bij me staan, familie bijvoorbeeld. Afschuw en walging ervaar ik niet, maar ik ken wel de boosheid en het onbegrip t.a.v. mensen die de liefde van God gezien en ervaren hebben en Hem dan toch afwijzen. Onbegrijpelijk! Zoveel liefde naast je neerleggen. Dan begrijp ik David zijn reactie wel, ook al voel ik het niet zo.



Reacties

Populaire posts van deze blog

Lijntje naar boven

Strijd

Omgaan met weerstand