Posts

Posts uit juni, 2012 tonen

Heer

1 Korinthiérs 12:1-3 Jezus jouw Heer? -- Karsten van Deutekom (@KvanDeutekom) 1 Broeders en zusters, over de gaven van de Geest wil ik u het volgende zeggen.   2 Zoals u weet was u in de tijd dat u nog heidenen was volledig in de ban van goden die taal noch teken geven. 3 Daarom zeg ik u nadrukkelijk: niemand kan ooit door toedoen van de Geest van God zeggen: ‘Vervloekt is Jezus,’ en niemand kan ooit zeggen: ‘Jezus is de Heer,’ behalve door toedoen van de heilige Gees t.

Avondmaal

1 Korinthiërs 10: 23-26. Wat betekent het vieren van het avondmaal voor jou? -- Karsten van Deutekom (@KvanDeutekom) 23 Want wat ik heb ontvangen en aan u heb doorgegeven, gaat terug op de Heer zelf. In de nacht waarin de Heer Jezus werd uitgeleverd nam hij een brood, 24 sprak het dankgebed uit, brak het brood en zei: ‘Dit is mijn lichaam voor jullie.(1) Doe dit, telkens opnieuw, om mij te gedenken.’ 25 Zo nam hij na de maaltijd ook de beker, en hij zei: ‘Deze beker is het nieuwe verbond dat door mijn bloed gesloten wordt. Doe dit, telkens als jullie hieruit drinken, om mij te gedenken.’ 26 Dus altijd wanneer u dit brood eet en uit de beker drinkt, verkondigt u de dood van de Heer, totdat hij komt.

Samenkomsten

1 Korinthiers 10:17-22. Is de Heer blij met onze samenkomsten? -- Karsten van Deutekom (@KvanDeutekom) 17 Nu ik u toch aanwijzingen geef: ik kan u niet prijzen om uw samenkomsten. Die doen meer kwaad dan goed. 18 Om te beginnen: ik hoor dat u bij uw samenkomsten in de gemeente partijen vormt. Tot op zekere hoogte geloof ik dat ook. 19 Het is onvermijdelijk dat er partijvorming onder u is, zodat duidelijk wordt wie van u betrouwbaar is. 20 Alleen, u komt niet samen om de maaltijd van de Heer te vieren. 21 Van wat u hebt meegebracht eet u alleen zelf, zodat de een honger heeft en de ander dronken is. 22 Hebt u soms geen eigen huis waar u kunt eten en drinken? Of veracht u de gemeente van God en wilt u de armen onder u vernederen? Wat moet ik hierover zeggen? Moet ik u soms prijzen? Dat doe ik in geen geval.

Voorschriften

1 Koriniërs 11:1-6. Hoe zie jij deze voorschriften van Paulus in het licht van de tijd waarin we nu leven? -- Karsten van Deutekom (@KvanDeutekom) 1 Dus volg mij na, zoals ik Christus navolg. De hoofdbedekking van de vrouw   2 Ik prijs het in u dat u mij bij alles als voorbeeld neemt en u aan de voorschriften houdt die ik u gegeven heb. 3 Ik moet u echter nog het volgende zeggen.   Christus is het hoofd van de man, de man het hoofd van de vrouw en God het hoofd van Christus. 4 Iedere man die met bedekt hoofd bidt of profeteert, maakt zijn hoofd te schande. 5 Maar een vrouw maakt haar hoofd te schande wanneer ze met onbedekt hoofd bidt of profeteert, want ze is in dat geval precies hetzelfde als een kaalgeschoren vrouw. 6 Een vrouw die haar hoofd niet bedekt, kan zich maar beter laten kaalknippen. Wanneer ze dat een schande vindt, moet ze haar hoofd bedekken.

demonen

1 Korinthiërs 10:14-22. Wat hebben afgodendienst en demonen met elkaar te maken? -- Karsten van Deutekom (@KvanDeutekom) 14 Om deze reden moet u, geliefde broeders en zusters, u verre houden van afgodendienst. 15 Ik spreek tot verstandige mensen, dus u kunt wat ik nu zeg naar waarde schatten. 16 Maakt de beker waarvoor wij God loven en danken ons niet één met het bloed van Christus? Maakt het brood dat wij breken ons niet één met het lichaam van Christus? 17 Omdat het één brood is zijn wij, hoewel met velen, één lichaam, want wij hebben allen deel aan dat ene brood. 18 Kijkt u eens naar het volk van Israël. Hebben tempeldienaars die van de offers eten niet eveneens deel aan hetgeen geofferd wordt? 19 Wat wil ik met dit alles zeggen? Dat offervlees een bijzondere betekenis heeft? Of dat afgoden echt bestaan? 20 Dat niet, maar wel dat heidenen aan demonen offeren en niet aan God, en ik wil niet dat u één wordt met demonen. 21 U kunt niet drinken uit de beker van de Heer en ook uit die v

Beproevingen

1 Korinthiërs 10:6-13. Waar zijn beproevingen voor nodig en hoe ga jij er mee om? -- Karsten van Deutekom (@KvanDeutekom) 6 Dit alles strekt ons tot voorbeeld: wij moeten niet uit zijn op het kwade, zoals zij. 7 Dien geen afgoden, zoals een deel van hen, over wie geschreven staat: ‘Het volk ging zitten om te eten en te drinken en het stond op om te dansen.’ 8 Laten we geen ontucht plegen, zoals een aantal van hen, want daardoor stierven er op één dag drieëntwintigduizend. 9 En laten we Christus niet tarten, zoals anderen deden, want daardoor werden ze door slangen doodgebeten. 10 En kom niet in opstand, zoals weer anderen deden, want daardoor werden ze door de doodsengel vernietigd. 11 Wat hun overkomen is, moet ons tot voorbeeld strekken; het is geschreven om ons, voor wie de tijd ten einde loopt, te waarschuwen. 12 Laat daarom iedereen die denkt dat hij stevig overeind staat oppassen dat hij niet valt. 13 U hebt geen beproevingen te doorstaan die niet voor mensen te dragen zijn. God

Afwijzing

1 Korinthiërs 10:1-5. Hoe gaat God om met afwijzing? -- Karsten van Deutekom (@KvanDeutekom) 1 Broeders en zusters, ik wil graag dat u weet dat onze voorouders allemaal door de wolk werden beschermd en allemaal door de zee trokken, 2 dat ze zich allemaal in de naam van Mozes lieten dopen in de wolk en in de zee. 3 En ze aten allemaal hetzelfde geestelijke voedsel 4 en dronken allemaal dezelfde geestelijke drank. Ze dronken uit de geestelijke rots die hen volgde – en die rots was Christus. 5 Toch wees God de meesten van hen af, want hij liet hen bezwijken in de woestijn.

Overeenstemming

1 Korinthiërs 9:24-27. Is jouw/mijn leven in overeenstemming met de boodschap die je verkondigt? -- Karsten van Deutekom (@KvanDeutekom) 24 Weet u niet dat van de atleten die in het stadion een wedloop houden er maar één de prijs kan winnen? Ren als de atleet die wint. 25 Iedereen die aan een wedstrijd deelneemt beheerst zich in alles; atleten doen het voor een vergankelijke erekrans, wij echter voor een onvergankelijke. 26 Daarom ren ik niet als iemand die geen doel heeft, vecht ik niet als een vuistvechter die in de lucht slaat. 27 Ik hard mezelf en oefen me in zelfbeheersing, want ik wil niet aan anderen de spelregels opleggen om uiteindelijk zelf te worden gediskwalificeerd.

Opdracht

1 Korinthiërs 9:15-18. Welke opdracht heeft God jou/ons toevertrouwd en hoe ga jij daar mee om? -- Karsten van Deutekom (@KvanDeutekom) 15 Maar ik heb van geen van deze rechten ooit gebruikgemaakt, en dat schrijf ik niet om ze nu bij u op te eisen. Ik zou liever sterven. Geen mens zal me deze roem ontnemen. 16 Dat ik verkondig is niet iets om me op te laten voorstaan. Ik kan niet anders, en het zou me slecht vergaan als ik het niet zou doen. 17 Als ik het uit eigen beweging zou doen, zou ik recht op betaling hebben. Maar ik doe het niet uit vrije wil; deze opdracht is mij toevertrouwd. 18 Wat is nu mijn loon? Dat ik het evangelie verkondig zonder er iets voor terug te vragen en dus geen gebruik maak van de rechten die de verkondiging mij geeft.

Woordverkondigers

1 Korinthiërs 9:1-14. Hoe wordt er bij jou in de gemeente/kerk gezorgd voor Woordverkondigers? -- Karsten van Deutekom (@KvanDeutekom) 1 Ik zou zelf niet vrij zijn? Ik zou geen apostel zijn? Maar heb ik dan niet Jezus, onze Heer, gezien? Bent u niet het werk dat ik dankzij de Heer tot stand heb gebracht? 2 Ook al erkennen anderen mij niet als apostel, u zou het wel moeten doen, want u bent door uw geloof in de Heer het waarmerk van mijn apostelschap.   3 Ziehier mijn verdediging tegen wie zich een oordeel over mijn apostelschap aanmatigen. 4 Hebben wij geen recht op eten en drinken? 5 Zouden wij niet het recht hebben een gelovige echtgenote op onze reizen mee te nemen, zoals de andere apostelen, de broers van de Heer en Kefas? 6 Of zouden nu uitgerekend Barnabas en ik in ons eigen levensonderhoud moeten voorzien? 7 Wie gaat er nu op eigen kosten in krijgsdienst? Wie plant er een wijngaard en eet niet van de vruchten? Of wie hoedt er een kudde en drinkt niet van de melk? 8 Dit is niet

Voedsel

1 Korinthiërs 8:4-13. Wat brengt je dicht bij God? -- Karsten van Deutekom (@KvanDeutekom) 4 Wat nu het eten van offervlees betreft: wij weten dat er in de hele wereld niet één afgod echt bestaat en dat er maar één God is. 5 Ook al zijn er zogenaamde goden in de hemel of op aarde – en zo zijn er immers heel wat goden en heren –, 6 wij weten: er is één God, de Vader, uit wie alles is ontstaan en voor wie wij zijn bestemd, en één Heer, Jezus Christus, door wie alles bestaat en door wie wij leven. 7 Maar niet iedereen bezit deze kennis. Sommigen van u zijn zo aan hun afgod gewend dat ze het offervlees nog altijd als een offer aan die afgod zien. Hierdoor wordt hun geweten, dat zwak is, bezwaard. 8 Nu zal ons voedsel ons niet bij God brengen: eten wij niet, dan zal ons dat niet tot nadeel strekken; eten wij wel, dan zal ons dat niet tot voordeel strekken. 9 Maar let erop dat de vrijheid die u hebt geen struikelblok wordt voor de zwakken onder u. 10 Wanneer namelijk iemand met een zwak gew

Kennis

1Korinthiërs 8:1-3. Waar is jouw (on)geloof op gebaseerd? -- Karsten van Deutekom (@KvanDeutekom) 1 Dan nu over heidens offervlees. Zeker, het is waar dat wij allen kennis bezitten. Maar kennis maakt verwaand; alleen de liefde bouwt op. 2 Wanneer iemand zich inbeeldt dat hij kennis bezit, is het toch nog niet de ware kennis. 3 Maar wanneer iemand God liefheeft, is hij door God gekend.

Seks en huwelijk

1 Korinthiërs 7:36-38. Waarom is het voor God belangrijk om seks te bewaren voor in het huwelijk? -- Karsten van Deutekom (@KvanDeutekom) 36 Maar wanneer iemand bang is zich tegenover zijn toekomstige vrouw te misdragen, omdat zijn verlangen naar haar te groot wordt, laat hij dan gevolg geven aan zijn wens met haar te trouwen. Dat dient dan te gebeuren. Het is geen zonde. 37 Iemand echter die uit overtuiging, dus zonder dwang en uit vrije wil, voor zichzelf besloten heeft niet met haar te trouwen, handelt uitstekend. 38 Dus iemand die met haar trouwt handelt goed, maar iemand die niet met haar trouwt handelt beter.

Onberispelijk

1 Korinthiërs 7:29-35. Wat kan jou helpen om je onberispelijk te gedragen en je toe te wijden aan God? -- Karsten van Deutekom (@KvanDeutekom) 29 Wat ik bedoel, broeders en zusters, is dat er maar weinig tijd rest. Laat daarom ieder die een vrouw heeft zo leven dat het hem niet in beslag neemt, 30 ieder die verdriet heeft zo dat hij er niet door wordt beheerst, ieder die vreugde voelt zo dat hij er niet in opgaat, ieder die bezit verwerft alsof het niet zijn eigendom is, 31 ieder die in deze wereld leeft alsof ze voor hem niet meer van belang is. Want de wereld die wij kennen gaat ten onder. 32 Ik zou willen dat u geen zorgen hebt. Een ongetrouwde man draagt zorg voor de zaak van de Heer en wil de Heer behagen. 33 Een getrouwde man draagt zorg voor aardse zaken en wil zijn vrouw behagen, 34 dus zijn aandacht is verdeeld. Een ongetrouwde vrouw en een meisje dat nog niet getrouwd is, dragen zorg voor de zaak van de Heer, en wel zo dat ze God met heel hun lichaam en geest zijn toegewijd.

Mening

1 Korinthiërs 7:25-28. Wat vinden jullie van deze mening van Paulus over het huwelijk? -- Karsten van Deutekom (@KvanDeutekom) 25 Voor de ongehuwden heb ik geen voorschrift van de Heer, dus ik geef mijn eigen mening, als iemand die door de barmhartigheid van de Heer betrouwbaar is. 26 Ik meen dat het vanwege de huidige beproevingen voor een mens goed is te blijven wat hij is. 27 Hebt u een vrouw beloofd met haar te trouwen, verbreek die belofte dan niet; bent u niet gebonden aan een vrouw, zoek er dan ook geen. 28 Het is weliswaar niet zo dat u door te trouwen zondigt, en ook wanneer een meisje trouwt zondigt ze niet, maar het huwelijk wordt een zware belasting die ik u graag zou besparen.