Handen

Psalmen 28:1-5. Waarom hef jij je handen (niet) op naar God?

1 ‭‭Van David. 
‭U, ‭HEER‭, roep ik aan, 
‭mijn rots, houd u niet doof. 
‭Als u blijft zwijgen, word ik 
‭een dode met de doden in het graf.
‭‭ 2 ‭‭Hoor mijn smeekbede 
‭als ik u om hulp roep, 
‭als ik mijn handen ophef 
‭naar het hart van uw heiligdom.
‭‭ 3 ‭‭Ruk mij niet weg met de kwaadwilligen, 
‭met hen die onrecht doen, 
‭die hun vrienden vrede wensen, 
‭maar in hun hart zinnen op kwaad.
‭‭ 4 ‭‭Geef hun wat ze verdienen, 
‭vergeld hun naar hun daden, 
‭naar het werk van hun handen, 
‭laat hen voor hun misdrijven boeten.
‭‭ 5 ‭‭Voor uw daden, ‭HEER‭, hebben ze geen oog, 
‭noch voor het werk van uw handen. 
‭Breek hen af, bouw hen niet meer op.
‭‭ 
Mijn handen hef ik naar het heiligdom.


Reacties

Populaire posts van deze blog

Lijntje naar boven

Strijd

Omgaan met weerstand