Aanhoor

1Koningen 8:28-52. 

28 ‭‭‭HEER‭, mijn God, hoor het smeekgebed van uw dienaar aan en luister naar de verzuchtingen die ik vandaag tot u richt.‭ 29 ‭‭Wees dag en nacht opmerkzaam op wat er gebeurt in deze tempel, de plaats waarvan u zelf hebt gezegd dat daar uw naam zal wonen, en verhoor het gebed dat ik naar deze tempel richt.‭ 30 ‭‭Luister naar de smeekbeden die uw dienaar en uw volk Israël naar deze tempel richten, aanhoor ons gebed vanuit de hemel, uw woonplaats, aanhoor ons en schenk ons vergeving.‭ 31 ‭‭Wanneer iemand een ander kwaad heeft gedaan en deze van hem eist dat hij een vervloeking over zichzelf uitspreekt, en wanneer hij dan naar uw altaar in deze tempel komt om zichzelf te vervloeken,‭ 32 ‭‭aanhoor hem dan vanuit de hemel en grijp in. Spreek recht over uw dienaren, verklaar de boosdoener schuldig en geef hem zijn verdiende straf, maar spreek de onschuldige vrij en herstel hem in zijn recht.‭ 33 ‭‭Wanneer uw volk Israël door de vijand is verslagen omdat het tegen u gezondigd heeft, en wanneer zij dan naar u terugkeren, uw naam prijzen en tot u in deze tempel bidden en smeken,‭ 34 ‭‭aanhoor hen dan vanuit de hemel, vergeef uw volk Israël wat het heeft misdaan en breng hen terug naar het grondgebied dat u aan hun voorouders hebt gegeven.‭ 35 ‭‭Wanneer de hemel gesloten blijft en er geen regen valt omdat het volk tegen u gezondigd heeft, en wanneer zij dan een gebed richten naar deze tempel, uw naam prijzen en hun leven beteren, antwoord hun dan.‭ 36 ‭‭Aanhoor hen vanuit de hemel en vergeef uw dienaren, uw volk Israël, wat ze hebben misdaan. Wijs hun de juiste levensweg en laat het regenen op uw land, dat u als erfdeel aan uw volk gegeven hebt.‭ 37 ‭‭Wanneer er in het land hongersnood of pest uitbreekt, wanneer het gewas wordt getroffen door korenbrand, meeldauw of vraatzuchtige sprinkhanen, wanneer het volk in eigen land door vijanden bedreigd wordt, wanneer er kortom bij enige ramp of ziekte‭ 38 ‭‭ook maar iemand van uw volk Israël een smeekgebed tot u richt en zijn handen heft in de richting van deze tempel–ieder onder de druk van het leed dat hem persoonlijk treft–,‭ 39 ‭‭aanhoor hem dan vanuit de hemel, uw woonplaats, en vergeef hem. Grijp in en geef hem wat hem toekomt, want u weet wat er in hem omgaat. U alleen immers kunt de mens doorgronden.‭ 40 ‭‭Dan zullen ze in het land dat u aan hun voorouders hebt gegeven hun leven lang ontzag voor u tonen.‭ 41 ‭‭Ook wanneer een vreemdeling, die niet tot uw volk Israël behoort en die uit een ver land hierheen is gekomen om u te vereren‭ 42 ‭‭–want ook daar is de faam van uw sterke hand en opgeheven arm doorgedrongen–, wanneer een vreemdeling hierheen komt en een gebed richt naar deze tempel,‭ 43 ‭‭aanhoor hem dan vanuit de hemel, uw woonplaats, en doe wat hij u vraagt. Dan zullen alle volken op aarde uw naam leren kennen en ontzag voor u tonen, zoals uw volk Israël dat doet, en zij zullen weten dat uw naam verbonden is aan deze tempel die ik heb gebouwd.‭ 44 ‭‭Wanneer uw volk op uw bevel ten strijde trekt tegen de vijand en zij tot u bidden in de richting van de stad die u hebt uitgekozen en van de tempel die ik voor uw naam heb gebouwd,‭ 45 ‭‭luister dan vanuit de hemel naar hun bidden en smeken en verschaf hun recht.‭ 46 ‭‭Wanneer ze tegen u zondigen–er is immers geen mens die niet zondigt–en u hen uit woede uitlevert aan vijanden die hen gevangennemen en meevoeren naar hun land, hetzij ver weg of dichtbij,‭ 47 ‭‭en wanneer ze dan in hun ballingsoord tot inkeer komen en zich in dat vreemde land smekend tot u wenden en belijden dat ze hebben gezondigd, dat ze verkeerd hebben gedaan en slecht hebben gehandeld,‭ 48 ‭‭wanneer ze zich in het land van de vijanden die hen gevangen hebben genomen weer met hart en ziel aan u toewijden en tot u bidden in de richting van het land dat u aan hun voorouders hebt gegeven, van de stad die u hebt uitgekozen en van de tempel die ik voor uw naam heb gebouwd,‭ 49 ‭‭luister dan vanuit de hemel, uw woonplaats, naar hun bidden en smeken en verschaf hun recht.‭ 50 ‭‭Vergeef uw volk alle zonden en misstappen die het tegen u begaan heeft en wek het mededogen op van degenen die hen als gevangenen hebben weggevoerd.‭ 51 ‭‭Zij zijn uw volk, ‭HEER‭, mijn God, uw eigen volk, dat u uit die smeltoven van Egypte hebt weggeleid.‭ 52 ‭‭Wees opmerkzaam op de smeekbeden van uw dienaar en van uw volk Israël en luister naar hen wanneer ze u maar roepen.‭  53 ‭‭Uit alle volken op aarde hebt u immers hen uitgekozen om uw volk te zijn, zoals u bij monde van uw dienaar Mozes hebt gezegd toen u onze voorouders uit Egypte wegleidde.’‭ 

Herstel ons land, hoor Heer, vergeef ons land.



Reacties

Populaire posts van deze blog

Lijntje naar boven

Strijd

Omgaan met weerstand