Overwinning

Rechters 20:29-48. Op welke dag heeft de Heer ons de overwinning gegeven over de zondemacht en wat betekent dat voor jou?

29 Enkele Israëlitische eenheden stelden zich verdekt op rondom Gibea. 30 Ook op de derde dag rukte de hoofdmacht op tegen de Benjaminieten, en net als de vorige keren stelde men zich in slagorde op om de stad aan te vallen. 31 Weer deden de Benjaminieten een uitval naar het leger van Israël, maar nu werden ze weggelokt van de stad. Even buiten de stad, bij de splitsing van de weg naar Gibea en de weg naar Betel kwam het tot een eerste treffen, waarbij net als de vorige keren slachtoffers vielen onder het leger van Israël, ongeveer dertig man. 32 De Benjaminieten dachten al dat ze voor de derde maal de overwinning hadden behaald, maar de Israëlieten hadden afgesproken om te doen alsof ze vluchtten en zo de Benjaminieten via de gebaande wegen van de stad weg te lokken. 33 Terwijl de hoofdmacht van de Israëlieten zich terugtrok en zich in slagorde opstelde bij Baäl-Tamar, kwamen de mannen die zich aan de onbeschermde kant van Gibea schuilhielden tevoorschijn 34 en rukten op naar de stad: tienduizend van de beste Israëlitische krijgslieden. Bij Baäl-Tamar brandde de strijd nu in alle hevigheid los; de Benjaminieten wisten nog niet welk onheil hun boven het hoofd hing. 35 Die dag schonk de HEER de overwinning aan Israël: de Israëlieten doodden vijfentwintigduizend en honderd bewapende Benjaminieten. 36 De Benjaminieten moesten ondervinden dat de strijd voor hen verloren was. De Israëlieten waren immers zo ver teruggeweken omdat ze rekenden op de mannen die zich bij Gibea verdekt hadden opgesteld. 37 Die hadden ondertussen een verrassingsaanval op de stad uitgevoerd en alle inwoners gedood. 38 Met de hoofdmacht van het leger was afgesproken dat er rook uit de stad zou opstijgen(1) wanneer het zover was. 39 De hoofdmacht van het leger week dus terug, en de Benjaminieten zagen kans om onder de Israëlieten meteen zo'n dertig slachtoffers te maken. Daarom dachten ze al dat ze de slag gewonnen hadden, net als de vorige keren. 40 Maar op dat moment begonnen uit de stad dikke rookwolken op te stijgen. Toen de Benjaminieten omkeken, zagen ze hoe achter hen de hele stad in vlammen opging. 41 Op hetzelfde moment stortte de hoofdmacht van het Israëlitische leger zich op hen. Nu begrepen de Benjaminieten welk onheil hun boven het hoofd hing. In paniek 42 sloegen ze voor de Israëlieten op de vlucht, de kant van de woestijn uit. Maar ze konden de strijd niet ontlopen, want de Israëlieten uit Gibea(2) sneden hun de pas af en sloegen hen neer. 43 Ze sloten de Benjaminieten in en achtervolgden hen; zonder hun rust te gunnen(3) joegen ze hen op tot ver ten oosten van Gibea. 44 Er sneuvelden achttienduizend Benjaminieten, stuk voor stuk moedige krijgslieden. 45 De overigen probeerden te ontkomen in de richting van de woestijn, naar de rotsen van Rimmon. Maar de Israëlieten haalden hen in en doodden nog eens vijfduizend man. Ter hoogte van Gidom versloegen ze er nog tweeduizend. 46 Al met al sneuvelden er die dag vijfentwintigduizend bedreven Benjaminitische soldaten, zonder uitzondering moedige krijgslieden. 47 Slechts zeshonderd Benjaminieten wisten te ontkomen naar de woestijn, waar ze zich vier maanden lang schuilhielden in de rotsholen van Rimmon. 48 Het leger van Israël ging terug om af te rekenen met de Benjaminieten die niet aan de strijd hadden deelgenomen. Ze trokken van stad tot stad en doodden er mens en dier zonder ook maar iets of iemand te ontzien. En elke stad waar ze geweest waren, lieten ze in vlammen opgaan.

Wij zijn meer dan overwinnaars 

Reacties

Populaire posts van deze blog

Lijntje naar boven

Strijd

Omgaan met weerstand