Veilig

1Samuël 22:9-23. Waar ben je vandaag de dag nog veilig?

9 Onder de dienaren van Saul bevond zich ook de Edomiet Doëg. Hij nam het woord en zei: ‘Ik heb de zoon van Isaï in Nob gezien, bij Achimelech, de zoon van Achitub. 10 Die heeft voor hem de HEER geraadpleegd en hem niet alleen leeftocht gegeven, maar ook het zwaard van de Filistijn Goliat.’ 11 Daarop ontbood de koning de priester Achimelech, de zoon van Achitub, en al zijn familieleden, die ook priester waren in Nob. Toen ze aan de koning werden voorgeleid, 12 zei Saul: ‘Zoon van Achitub, luister.’ ‘Jawel, mijn heer, ‘antwoordde Achimelech, 13 en Saul vroeg: ‘Waarom hebt u met de zoon van Isaï tegen mij samengespannen door hem brood en een zwaard te geven en God voor hem te raadplegen, zodat hij nu in het geheim een opstand tegen mij voorbereidt?’ 14 ‘Maar koning, ‘antwoordde Achimelech, ‘wie van al uw dienaren zou men beter kunnen vertrouwen dan David? Hij is uw eigen schoonzoon en de commandant van uw lijfwacht, en hij staat in hoog aanzien aan uw hof. 15 Het is toch niet de eerste keer dat ik voor hem God geraadpleegd heb? Integendeel! Ik smeek u, leg dit mij en mijn familie niet ten laste, want ik wist van dit alles niets maar dan ook niets af.’ 16 Maar de koning zei: ‘Sterven zult u, Achimelech, u en heel uw familie.’ 17 En hij beval de soldaten van de lijfwacht die naast hem stonden: ‘Sla toe, dood de priesters van de HEER, want ze hebben David geholpen, en hoewel ze wisten dat hij voortvluchtig was, hebben ze mij niet op de hoogte gesteld.’ Maar de lijfwachten van de koning weigerden hun hand op te heffen tegen de priesters van de HEER. 18 Daarom zei de koning tegen Doëg: ‘Doet u het dan. Sla toe en steek de priesters neer.’ En de Edomiet Doëg sloeg toe en stak de priesters eigenhandig neer. Zo doodde hij die dag vijfentachtig mannen die het linnen priesterhemd droegen. 19 Ook alle inwoners van de priesterstad Nob werden gedood: alle mannen en vrouwen, alle kinderen en zuigelingen, en ook de levende have: stieren, ezels en schapen. 20 Eén zoon van Achimelech, de zoon van Achitub, wist echter te ontkomen en zocht zijn toevlucht bij David. Zijn naam was Abjatar. 21 Toen hij aan David vertelde dat Saul de priesters van de HEER had laten vermoorden, 22 zei David tegen hem: ‘Toen ik die dag in Nob merkte dat de Edomiet Doëg er ook was, was ik er al bang voor dat hij Saul zou inlichten. Ik ben dus de oorzaak van de dood van uw familieleden. 23 Blijf voortaan bij mij en wees niet bang. Wie u naar het leven staat, krijgt met mij te doen. Bij mij bent u veilig.’ 
Bij U ben ik thuis, bij U ben ik veilig.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Loofhuttenfeest

Hij zal geprezen worden

Omgaan met weerstand