Verlossen
Psalmen 17:8-15. Waarvan ben jij verlost of zou je verlost willen worden?
8 Behoed mij als de appel van uw oog,
verberg mij in de schaduw van uw vleugels
9 voor de goddelozen die mij geweld aandoen,
voor de vijanden die mij naar het leven staan.
10 Hun hart is gevoelloos en gesloten,
hun mond spreekt hoogmoedige taal.
11 Ze sluiten mij in waar ik mijn voeten ook zet,
ze houden mij in het oog en hopen op mijn val.
12 Mijn vijand is een leeuw, belust op prooi,
een roofdier dat zich schuilhoudt.
13 Sta op, HEER,
ga op hem af en druk hem tegen de grond.
Laat uw zwaard mij bevrijden van de goddelozen,
14 uw hand, HEER, mij verlossen van die mannen
des doods, die leven voor kortstondig gewin.
Ze mogen hun buik vullen met de straf die hun toekomt,
ze mogen hun kinderen ermee verzadigen,
hun kleinkinderen geven wat ervan overschiet.
15 Laat mij, recht gedaan, uw gelaat aanschouwen,
bij het ontwaken mij verzadigen aan uw beeld.
Mijn Verlosser leeft!
Reacties
Een reactie posten