Lot
Psalmen 80:8-19. Wat is jouw lot en hoe wordt die bepaald?
8 (80:9) U hebt een wijnstok uitgegraven in Egypte,
en volken verdreven om hem te planten.
9 (80:10) U gaf hem een ruime plek,
hij schoot wortel en vulde het land.
10 (80:11) De bergen werden bedekt door zijn schaduw,
de machtige ceders door zijn twijgen,
11 (80:12) hij strekte zijn takken uit tot de zee,
tot aan de Grote Rivier zijn ranken.
12 (80:13) Waarom hebt u zijn omheining vernield?
Voorbijgangers plukken hem leeg,
13 (80:14) wilde zwijnen wroeten hem om,
velddieren vreten hem kaal.
14 (80:15) God van de hemelse machten, keer u tot ons,
kijk neer uit de hemel en zie,
bekommer u om deze wijnstok,
15 (80:16) de stek die uw hand heeft geplant,
het kind dat u zelf hebt grootgebracht.
16 (80:17) Hij is verbrand en weggehakt,
verkwijnd onder uw duistere blik.
17 (80:18) Leg uw hand op uw beschermeling,
het mensenkind dat u hebt grootgebracht.
18 (80:19) Dan zullen wij niet van u wijken.
Laat ons leven, en wij roepen uw naam:
19 (80:20) HEER, God van de hemelse machten, keer ons lot ten goede,
toon uw lichtend gelaat en wij zijn gered.
In Zijn hand ligt heel mijn levenslot.
Reacties
Een reactie posten