Genade
Psalmen 30:6-12. Hoe heeft God zijn genade aan jou getoond?
6 (30:7) In mijn overmoed dacht ik:
Nooit zal ik wankelen.
7 (30:8) HEER, u had mij lief en ik stond als een machtige berg,
u verborg uw gelaat en ik bezweek van angst.
8 (30:9) U, HEER, roep ik aan,
u, Heer, smeek ik om genade.
9 (30:10) Wat baat het u als ik sterf,
als ik afdaal in het graf?
Kan het stof u soms loven
en getuigen van uw trouw?
10 (30:11) Luister, HEER, en toon uw genade,
HEER, kom mij te hulp.
11 (30:12) U hebt mijn klacht veranderd in een dans,
mijn rouwkleed weggenomen, mij in vreugde gehuld.
12 (30:13) Mijn ziel zal voor u zingen en niet zwijgen.
HEER, mijn God, u wil ik eeuwig loven.
Hij heeft ons genade getoond.
Reacties
Een reactie posten