Je
Psalmen 52:1-5. Wat is jouw houding t.o.v. diegenen die jou vijandig gezindt zijn?
1 Voor de koorleider. Een kunstig lied van David, (52:2) toen de Edomiet Doëg naar Saul was gegaan en hem had meegedeeld: ‘David bevindt zich in het huis van Achimelech.’
(52:3) Wat prijs je het kwade aan, jij held,
en smaal je voortdurend op God!
2 (52:4) Je zint op ongeluk, je tong
is het scherpe mes van een bedrieger.
3 (52:5) Je hebt het kwade lief, meer dan het goede,
de leugen meer dan de waarheid. sela
4 (52:6) Je houdt van woorden die pijn doen,
van een tong die bedriegt.
5 (52:7) God zelf zal je breken, voorgoed,
hij zal je grijpen en meesleuren uit je tent,
je wegrukken uit het land van de levenden. sela
Wie eenvoudig zijn vertrouwen op de Here stelt, die zal in de overwinning staan.
Reacties
Een reactie posten