Vloeken
Leviticus 24:10-23. Wat zijn jouw principes t.a.v. het vloeken en hoe reageer jij wanneer iemand uit jouw omgeving vloekt? 10 Met de Israëlieten was een man meegekomen die geboren was uit een Israëlitische vrouw en een Egyptische man. Toen deze man op zekere dag slaags raakte met een Israëliet 11 en een vloek uitsprak waarin hij Gods naam lasterde, werd hij aan Mozes voorgeleid. Zijn moeder heette Selomit; ze was een dochter van Dibri en behoorde tot de stam Dan. 12 De man werd in voorlopige hechtenis genomen tot een uitspraak van de HEER uitsluitsel zou geven over wat er moest gebeuren. 13 En de HEER zei tegen Mozes: 14 ‘Breng degene die gevloekt heeft buiten het kamp. Allen die het gehoord hebben, moeten hun hand op zijn hoofd leggen en hij moet door de voltallige gemeenschap gestenigd worden. 15 En tegen de Israëlieten moet je zeggen: “Wie zijn God vervloekt, zal de gevolgen van zijn zonde dragen. 16 Wie de naam van de HEER lastert moet ter dood gebracht worden, die moet door de vol...